Goed nieuws! Sinds deze week mag ik me officieel IFS-therapeut noemen. Daar ben ik super blij mee en ook trots op. Niet zozeer omdat ik dat bereikt heb, maar vooral omdat ik hierin volledig mijn hart heb gevolgd.


Ik schreef erover op LinkedIn, Instagram en Facebook.

En precies in diezelfde week gebeurde er iets anders dat me stil maakte:
Soms kijk je terug op iets wat toen heel gewoon leek
en nu zie je ineens hoe bizar het eigenlijk was.

Waarom ik met een gebroken rug gewoon naar huis fietste

Vijf jaar geleden sprong ik, met knikkende knieën en een bang hart, van een hoog duin. Eigenlijk durfde ik niet, maar ik voelde me uitgedaagd door een vriend die me aanmoedigde. Ik sprong, omdat het stoere in mij het won van het bange. Ik landde verkeerd. Brak een ruggenwervel.

En toch…
ploeterde ik daarna met hond en de (inmiddels voormalige ;-) vriend over het strand naar mijn bakfiets en reed met tintelende handen en heel veel pijn naar huis.

Geen ambulance. Geen pauze. Geen ruimte voor pijn.

Want ik had ooit geleerd: bij pijn… verbijten.
Niet zeuren. Niet huilen. Niet lastig doen.

In een recente IFS-sessie begreep ik waar dat vandaan kwam.
Als kind werden tranen niet opgevangen, maar afgestraft.
Mijn vader gaf me een klap, omdat ik huilde van pijn toen hij me een keer wilde helpen.
Mijn moeder fluisterde in mijn oor dat de dokter die me ging prikken niet van huilende kinderen hield.
Vanuit hun onmacht of angst verklaarbaar. Hiermee leerde ik dat ik er alleen voor stond.
Ik hield alles in. Mijn tranen, boosheid en ook mijn fysieke pijn.
En dat was tot voor kort nog steeds mijn reflex.

Nu kijk ik anders naar die ‘stoere’ delen in mezelf.
Ze hielden me sterk, maar als in een corset of een harnas.
Veilig misschien, maar ook afgesloten van contact met mijn lichaam, mijn gevoel, de wereld. Terwijl ik verlangde naar zachtheid. Naar geborgenheid. Naar ademruimte om te kunnen zijn.

Wat me raakte in het theater

Afgelopen donderdagavond zat ik in het theater bij Griet op de Beeck. Ze vertelde openhartig hoe ze leerde om vrijer te leven. Ze vertelde over de mensen die haar daarbij hielpen, vernieuwers, therapeuten, gidsen uit binnen- en buitenland. Wat helpt nu écht? vroeg ze zich af.

Wat bij mij bleef hangen was dat lichaamsbewustzijn leidt tot zelfbewustzijn. En dat leidt weer tot zelfcompassie. Dat geeft meer zachtheid in je lijf, in je relaties en je leven.
Ook sprak ze over zelfregulatie: leren omgaan met je emoties zonder jezelf te verliezen of ze weg te drukken.|
Lichaamsbewustzijn en zelfregulatie zijn twee van de acht helpende bouwstenen om te helen: mail me als je ze allemaal wilt weten.

Wat mij het meest raakte, was de vraag die volgens haar alles zegt over de impact van een gebeurtenis:

“Wie was er voor u?”

Daar raakte het aan mijn verhaal hierboven. Als je het gevoel hebt er alleen voor te staan, dan laat dat diepe sporen na. Toen en nu nog steeds, als je daar niets mee doet.
Dat was dan ook haar oproep: neem jezelf serieus. Blijf niet hangen in overleven. Doe het werk. Voor jezelf, je kinderen en de wereld.

En dus mijn vraag aan jou is:
Wie was er voor jou toen er iets naars gebeurde?

En als het pijnlijke antwoord ‘niemand’ is, weet dan dat heling wél mogelijk is. Niet door alleen terug te gaan naar het verleden, maar door de lading ervan los te laten.
Door te voelen:

het was heftig, pijnlijk… maar het is voorbij.

Jij bent niet meer dat kind. Jij mag nu de veilige volwassene voor jezelf zijn.

Wees welkom in de workshop 'Emoties als gidsen'

Wil je ontdekken hoe je weer contact maakt met wat je voelt,zonder overspoeld te raken of het weg te duwen?

In deze workshop ontdek je:

  • wat het verschil is tussen emotie en gevoel.

  • hoe je bij een sterkere emotie aanwezig blijft

  • hoe je ruimte maakt voor zachtheid, zonder jezelf kwijt te raken

📅 Woensdag 11 juni – 19.30 uur – online – €19

Een uur om stil te staan. Te voelen. En te landen in jezelf.

Klik hier voor meer info en aanmelden